In deze blog geef ik je een aantal ideeën voor het rekencircuit thema kerst in groep 3. Uiteraard moet je eerst goed bepalen aan welke rekendoelen je gaat werken deze periode. Vervolgens kijk je pas of onderstaande activiteiten passend voor jouw groep zijn. 

Steeds meer scholen werken in groep 3 met het rekencircuit. Wanneer je mijn cursus of workshop hebt gevolgd dan plan je een periode van drie of vier weken met verschillende activiteiten. Dit zijn spellen, werkbladen, activiteiten op de computer en bij de leerkracht. 

Spellen

Elke week bied je twee spelactiviteiten aan. Dit kunnen spellen zijn die de kinderen in groepjes of zelfstandig spelen. Het is fijn om hierin wat af te wisselen. Een aantal ideeën:

• Geef elk kind een kerstslinger en maak een grote bak met kerstballen. Op elke kerstbal schrijf je een even of oneven getal tot 20. Om de beurt pakken de kinderen een kerstbal en leggen deze aan hun slinger. Wie heeft er als eerste vier op een rij? De kinderen oefenen zo de sprongen van 2. Vier op een rij is bijvoorbeeld 4 – 6 – 8 – 10. Je kunt dit uiteraard ook met sprongen van 5 of 10 doen.
• In een doos zit allerlei kerstdecoratie met daarop sommen geschreven. De kinderen mogen een kleine kerstboom versieren, maar alleen de materialen gebruiken waarbij het antwoord op de som exact 10 is.
• Leuke denkpuzzels voor kinderen die wel wat uitdaging kunnen gebruiken.
• In de klas is een winkeltje (kan ook heel eenvoudig met een doos met wat materialen). In deze winkel draait alles om de spullen die je nodig hebt om een fijn kerstfeest te vieren. Denk aan kerstboomdecoratie, kerstkaarten, kerstboeken en kaarsen. De kinderen kunnen prijskaartjes maken en oefenen met het gepast betalen met 1, 2, 5 en 10 euro.

• Alle kerstkaarten moeten verstuurd worden. De postbode moet deze handig ordenen. Zet drie verschillende dozen neer en laat de kinderen de kaart in de juiste doos stoppen: doos 1-10, doos 11-20, doos 21-30.
• Met behulp van kleikaarten oefenen de kinderen de splitsingen van 10. De kerstballen in de kerstboom worden geteld. Hoeveel kerstballen moeten erbij om samen 10 te krijgen? Op de lege kerstboomkaart kunnen de kinderen zelf splitsingen bedenken.
• Rond de kerstvakantie komt in een aantal rekenmethodes het doel ‘oefenen met boven- en zijaanzicht’ terug. Dit doel kan je heel goed uitwerken in de bouwhoek. Laat de kinderen bijvoorbeeld een kerststal bouwen. Nadat de stal gebouwd is mogen de kinderen drie foto’s maken: vooraanzicht, zijaanzicht en bovenaanzicht. Je kunt bovenstaande ook met de kerstboom doen. Zet er dan een leerling naast, zodat de verschillende kanten duidelijk zijn. Print de foto’s uit en laat de kinderen bepalen waar de fotograaf stond bij het maken van de foto.

Werkbladen

Natuurlijk moet er ook gewoon gerekend worden op papier.

• Juf Shanna heeft een handig werkboekje gemaakt. Je kunt ervoor kiezen om alleen de werkbladen over rekenen te gebruiken.
• Voor de afwisseling kun je ook prima loco kaarten gebruiken. Ik heb allerlei loco kaarten rondom o.a. de kerst gemaakt.

Op de computer/tablet

Waarschijnlijk gebruik je meestal de software van de rekenmethode, maar je kunt ook de tablet inzetten om meetkunde (in dit geval vouwen) te oefenen.

• Kerstballen splitsen met de digibordles van juf Anja.

Bij de leerkracht

• Kalender. Het aftellen tot het kerstfeest is ook een goede gelegenheid om te werken met de kalender. Kennen de kinderen de dagen van de week? Welke dag is het overmorgen? Hoeveel nachten moeten we nog slapen? Je kunt de kinderen zelf een kalender laten maken.

Heb je zelf nog leuke ideeën voor het rekencircuit thema kerst? Laat het dan zeker even weten in een reactie.