Leesspellen thema 2 Lijn 3

 5,00 15,00

Wil je spelenderwijs de klanken van thema 2 van de leesmethode Lijn 3 oefenen dan kun je dit pakket met leesspellen goed gebruiken.

Dit pakket is ook te koop als onderdeel van de bundel leesspellen thema 1-6.

Wat is de inhoud van het leespakket?

  • 9 spellen (kleur)
  • 6 werkbladen (zwart/wit)

Het pakket heeft in totaal 58 bladzijden en is geschikt voor begin groep 3 leerlingen. Het is een pdf-bestand dat je zelf kunt printen.

Let op! Bij aanschaf van dit product heb je het gebruiksrecht voor één leerkracht en/of klas per school. Wil je het materiaal in meerdere klassen gebruiken? Dan heb je een extra licentie nodig. 

Artikelnummer: N/B Categorieën: ,

Beschrijving

In dit spellenpakket vind je 9 spellen en 6 werkbladen om de klanken van thema 2 van de leesmethode Lijn 3 te oefenen. De kinderen oefenen met de klanken oo, ee, a, ie, b, m en t. Daarnaast worden de klanken van thema 1 herhaald. Bij elk spel zit een activiteitenkaart met uitleg.

Zoek bij elkaar
Je kunt met de kaartjes verschillende spelletjes spelen. Laat de kinderen bijvoorbeeld het bekende memoriespel spelen. Hebben de kinderen nog veel moeite met lezen? Speel dan geen memorie, maar leg alle kaartjes met de woorden naar boven.

Drietal
De kinderen proberen om drietal (woord met drie klanken) te maken. Je kunt met de kaarten ook een estafettespel bedenken. Om de beurt brengen ze een letter weg. Wie heeft als eerste drie kloppende woorden gemaakt?

Lees en zoek het plaatje
Bij dit spel gaan de kinderen eenvoudige woordjes lezen. Ze pakken een leeskaartje, lezen het woord en zoeken vervolgens het plaatje met de juiste afbeelding erbij. Deze leggen ze op het leeskaartje.

Tik tak boem
Alle kaartjes worden in een bakje gezet. De kookwekker wordt gezet op tien minuten. Om de beurt pakken de spelers een kaartje. De speler leest het woord voor, is het goed dan mag hij het houden. Is het niet goed dan legt hij het woordje terug. Pakt de speler een ‘BOOM’ kaartje dan moet hij al zijn kaartjes weer terugleggen. Wie heeft er na tien minuten de meeste kaartjes?

Knijpkaarten
Het kind pakt een knijpkaart en benoemt de afbeelding. Welk woord hoort daarbij? Hij knijpt zijn wasknijper op het goede woord.

Schrijfkaarten
De woorden zijn met open letters afgebeeld. De kinderen kunnen met een whiteboard stift de woorden overschrijven. Zo kunnen ze de woorden oefenen.

Vul de juiste klank in
Het kind pakt een kaartje en benoemt de afbeelding. Welke klank mist? Hij benoemt de klank aan de leerkracht, zoekt de letter op of schrijft zelf de letter in het rondje. Er zijn drie verschillende versies. Er zijn tien kaartjes voor de beginklank, tien voor de middenklank en tien kaartjes voor de eindklank.

Schrijf het woord
Het kind pakt een kaartje en benoemt de afbeelding. Vervolgens hakt hij het woord in klanken en schrijft de bijbehorende letters op het kaartje.

Lees en schrijf
Het kind pakt een afbeelding en legt deze in het vakje op de ‘lees en schrijf’ kaart. Vervolgens hakt hij het woord en schrijft hij de letters op in de rode vakjes. Dan schrijft hij nog een keer het woord op in het groene vak en leest hij het woord hardop voor.

Werkbladen
Er zijn verschillende soorten werkbladen die de kinderen zelfstandig kunnen maken:

  • Kleur de letters die je kent op de letterkaart
  • 2x zoek de beginklank
  • 2x schrijf de klank
  • 2x schrijf het woord

Extra informatie

Licentie

Gebruik voor 1 klas, Gebruik voor 2 klassen, Gebruik voor 3 klassen, Gebruik voor 4 klassen, Gebruik voor 5 klassen of meer

Beoordelingen

Er zijn nog geen beoordelingen.

Wees de eerste om “Leesspellen thema 2 Lijn 3” te beoordelen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *